Kinderen willen vaak hun best doen, maar wanneer ze niet op hun talenten worden aangesproken kan dit ten koste gaan van hun motivatie en inzet. Dit geldt vooral voor beelddenkende en gevoelsmatig ingestelde kinderen thuis en op school. Het kost deze kinderen veel moeite hun aandacht bij de les te houden. Vooral het luisteren naar (lange) uitleg of verhalen vinden ze lastig. Beeldenkers raken snel afgeleid; vooral als ze niet mogen bewegen. Ze ‘dromen’ weg of horen en zien juist alles om zich heen.
Wegdromen
Van nature zijn beelddenkers vaak nonchalant, spontaan en impulsief. De woorden die ze horen, roepen allerlei beelden bij ze op. Deze beelden associëren ze weer met andere beelden, met het gevolg dat hun aandacht verzwakt, ze wegdromen en vergeten op te letten in de klas.
Wiebelen zorgt voor focus
Bij beelddenkende kinderen valt de linkerhersenhelft makkelijk stil. Om de aandacht er toch bij te kunnen houden, gaan kinderen vaak zitten wiebelen. Hiermee stimuleren ze onbewust hun linkerhersenhelft; dat deel van de hersenen die zorgt voor het verwerken woorden.
Verwerkingstijd
Het duurt bij beelddenkende kinderen vaak even voordat de opdrachten zijn geland en je kind hiermee aan de slag gaat. Vervolgens laat vaak het werktempo ook te wensen over. Beelddenkers moeten alles in hun hoofd vertalen, van beeld naar woord en andersom; dat kost tijd en energie!
Automatiseren: nut en noodzaak
Vaak hebben beelddenkers moeite met het automatiseren van lesstof. En zien ze vaak het nut niet in van de dingen die ze moeten leren. Ze willen weten waarom iets geleerd moet worden en zijn er moeilijk van te overtuigen dat iets is, zoals het is.
Wat kan helpen?
- Zorg dat een kind de opdracht begrijpt. Dit betekent dat een kind zelf actief hier nogmaals naar moet vragen of dat een leerkracht het nogmaals kort en krachtig uitlegt.
- Zorg er voor dat een kind kan bewegen, als dat nodig is. Dit zorgt voor een betere concentratie.
- Laat beelddenkers zelf oplossingen vinden voor problemen, door informatie op te zoeken en zelf actief te zijn.
- Geef beeldenkende kinderen de ruimte om te associëren. Dat is een denk- en leerstijl die bij ze past; zo blijven ze betrokken, gemotiveerd en enthousiast.
